Vandaag, 2 maanden na het einde van de laatste invasie van de Gaza-strook door het Israelische leger, komt de Standaard met een hele reeks rapporten over de oorlogsdaden en internationaalrechtelijke schendingen van het IDF naar buiten.
Sommige extracten (vele uit de Israelische krant Haaretz) zijn werkelijk te schokkend voor woorden ... lees en oordeel voor uzelf, zou ik zeggen.
STROOM VAN ONTHULLINGEN OVER OPTREDEN ISRAELISCH LEGER
BRUSSEL - Israëlische soldaten die op moeders en kinderen schieten. Witte fosfor afgeschoten in burgerwijken. Palestijnse kinderen als menselijk schild. Zeventig dagen na de Gaza-oorlog verschijnt rapport na rapport. De Standaard vergelijkt de beschuldigingen met onze eigen bevindingen van januari, in Gaza.
Van onze redacteur
'Tijdens het Israëlische offensief in de Gaza-strook hebben Israëlische soldaten de opdracht gekregen om ook op hulpverleners te schieten. Dat meldt de Israëlische krant Haaretz. In een van de Palestijnse huizen die door het Israëlische leger waren overgenomen, werd door de bewoner later een briefje teruggevonden met onder meer de woorden: 'Rules of Engagement: open ook het vuur bij hulpverlening'.' (DS 24 maart)
'PHR-Israël ontving rapporten over zestien medische hulpverleners die werden gedood en vijfentwintig die gewond raakten door vuur van het Israëlische leger, allemaal terwijl ze hun medische taken uitvoerden. Verder werden acht ziekenhuizen en 26 eerstehulpposten geraakt door het leger.' (Physicians for Human Rights - Israël, 23 maart)
'Het Israëlische leger heeft in Gaza niet alleen witte fosfor gebruikt in open gebieden als rookscherm voor zijn troepen. Het vuurde geregeld witte fosfor af boven dichtbevolkte gebieden.' (Human Rights Watch, 25 maart)
'Door het feit dat de gevechtszone zo dichtbevolkt was met burgers, konden de wapens die ingezet werden, op geen enkele manier legaal gebruikt worden.' (VN-mensenrechtenraad, 17 maart)
'Drie tienerbroers van de Al-Attar-familie beschreven hoe ze, onder schot gehouden, uit hun huizen werden gehaald en voor Israëlische tanks moesten neerknielen, om Hamas-strijders af te schrikken. Ze werden door Israëlische soldaten in Palestijnse huizen gestuurd. 'Wij moesten eerst gaan', zei de veertienjarige Al'a al-Attar.' (The Guardian, 24 maart)
'1 shot, 2 kills.' ('Een schot, twee doden'. Tekst op T-shirts van Israëlische rekruten, bij een tekening van een zwangere Palestijnse vrouw als schietschijf. Gedocumenteerd door Haaretz).
Zeitoun, 21 januari
'We werden met honderd familieleden samengedreven in een huis, dat de dag erna werd bestookt. Van de honderd stierven er dertig, de jongste was vijf maanden oud', zegt landbouwer Eyad Samouni (28), die zijn vrouw, vader en moeder verloor. Het is januari en we staan in een buitenwijk van Gaza-Stad, Zeitoun. Tanks en bulldozers hebben de landbouwvelden rondom platgewalst, en ook een kippenkwekerij - de stoffelijke resten van vijftigduizend kippen, platgedrukt in hun hokken, verspreiden een verschrikkelijke stank.
Van de grote, betonnen meergezinswoningen staan alleen die overeind die door het Israëlische leger waren ingericht als militaire posten. Muren zijn opengebroken om scherpschuttersposten te installeren, overal liggen kaki waste disposal bags en er staan nog open blikjes 'Galilee Olives'.
Op de muren van de huizen staan graffiti in het Hebreeuws en het Engels. Onder een Israëlische vlag staat 'Gaza, here we are!' Op een andere muur is geschreven 'Arabs need 2 die' (Arabieren moeten sterven) en 'Make war, not peace'.
'Toen de aanval op 3 januari begon, hoorden we tanks en helikopters. Ze begonnen meteen te schieten', zegt Eyad Samouni. 'Toen kwamen de soldaten. Ze gingen eerst het huis van mijn oom binnen, die meteen werd gedood. Ook zijn zoontje van vier schoten ze dood.'
Klopt het verhaal dat Eyad Samouni vertelt? Uit een vergelijking met verhalen van andere mensen in dezelfde buurt lijkt er een patroon op te duiken. Bij de El Helo-familie, verderop, vertelt dochter Rida (23) hoe bij de Israëlische aanval haar vader van 60 meteen werd doodgeschoten. Ze toont de trap waaronder ze schuilden toen het leger kwam binnenvallen, en het bloed van haar vader. Toen de familie daarna het huis probeerde te ontvluchten, werden haar broer van 25 en neefje van één jaar oud doodgeschoten, zegt ze.
De buurtbewoners vertellen hoe burgers met witte vlaggen nog werden beschoten, net zoals ambulances die de gewonden kwamen oppikken.
Vorige week, 19 maart. De Israëlische krant Haaretz brengt getuigenissen van soldaten die er in Zeitoun bij zijn geweest. Een pelotonscommandant liet een familie gaan uit het huis dat zijn soldaten hadden bezet, maar een moeder en haar twee kinderen begrepen zijn orders niet. Een scherpschutter op het dak werd niet verwittigd.
'Hij zag een vrouw en kinderen dichterbij komen, dichter dan de lijn waar volgens zijn orders niemand voorbij mocht. Hij schoot hen meteen neer. Ik denk niet dat hij er zich slecht bij voelde, want vanuit zijn standpunt deed hij zijn werk zoals hem was bevolen.'
Over 'de sfeer in het algemeen' zei een sectiecommandant: 'Ik weet niet hoe het te beschrijven. Het leven van Palestijnen is veel, veel minder belangrijk dan het leven van onze soldaten.'
Shifa-hospitaal, 21 januari
Dokter Bakhtyar Baram (49) is een Iraakse Koerd die al vijftien jaar in een Deens ziekenhuis werkt. Tijdens de oorlog is hij vrijwillig komen helpen in het grote ziekenhuis van Gaza-Stad, Shifa. Baram vertelt over de merkwaardige verwondingen. 'De brandwonden van witte fosfor branden nog uren na, door de spieren heen, tot op het bot. We hebben ook vele patiënten waarvan beide benen zijn weggeblazen door bommen, alsof die ervoor gemaakt zijn. Duitse collega's spreken over DIME-bommen.'
Het Israëlische leger ontkende tijdens de oorlog eerst staalhard dat witte fosfor-bommen werden gebruikt. Daarna werd gezegd dat die bommen alleen werden gebruikt 'overeenkomstig het internationale recht'. In dat geval zouden de brandbommen zijn gebruikt in open terrein, als rookscherm. Maar in Gaza werden ze ook gebruikt in dichtbebouwde wijken. Ze troffen zelfs een opslagplaats en school van de Verenigde Naties. Amnesty International meent, in een rapport van 25 maart, over voldoende bewijzen te beschikken om te spreken over oorlogsmisdaden.
Wat de 'vreemde bommen' van dokter Baram betreft: de VN-mensenrechtenraad beschreef op 17 maart het 'wettelijk dubieus gebruik van wapens zoals (...) Dense Inert Metal Explosives (DIME), die intense explosies op een kleine oppervlakte veroorzaken en die lichaamsdelen uiteenrijten.'
Hoeveel doden vielen er uiteindelijk in de Gaza-oorlog? Aan Israëlische zijde vielen er dertien: drie burgers die werden gedood door Hamas-raketten en tien soldaten. Aan Palestijnse zijde spreekt het Israëlische leger nu over 1.166 doden, onder wie 709 Hamas-militanten (politieagenten inbegrepen) en 295 burgers, van wie 89 minderjarigen en 49 vrouwen.
Het Palestijnse Centrum voor de Mensenrechten, dat alle doden met naam en leeftijd noemt op het internet, zegt dat er 1.414 Palestijnen zijn gedood, van wie 236 Hamas-strijders, 255 politieagenten, en 926 burgers - onder wie 313 kinderen en 116 vrouwen.
Gevraagd naar een reactie op de beschuldigingen van oorlogsmisdaden, zei de stafchef van het Israëlische leger, Gabi Ashkenazi, deze week: 'Ik geloof niet dat het Israëlische leger burgers in Gaza in koelen bloede kwaad heeft gedaan'. De minister van Defensie, Ehud Barak, noemde zijn leger 'moreel het meest hoogstaande leger ter wereld.'
zondag 29 maart 2009
woensdag 25 maart 2009
My kingdom for a vaccination
Dag 24, 25/03/2009 - Bezoek aan Qena en Dendara
Na vergeefse pogingen te hebben ondernomen in Aswan en Luxor, zet ik mijn zoektocht naar een gelekoorts-vaccin verder in Qena, als tussenstop naar de Tempel van Hathor in Dendara.
Een fietser ziet me even zoeken wanneer ik het treinstation uitstap - probeer maar eens iets te vinden wanneer je maar een half adres hebt, geen degelijke kaart en straatnaambordjes slechts spaarzaam aangebracht zijn - en biedt zijn hulp aan. Hij is duidelijk op weg naar school, maar besluit gewoon af te stappen en mij de weg te tonen ... of beter, samen met mij de weg te zoeken. We geraken er uiteindelijk, vinden zelfs de verantwoordelijk, maar guess what ? Weer geen vaccin natuurlijk. Maar ze zouden het wel in Aswan en Luxor hebben ...
Ik laat het niet al te veel aan mijn hart komen en ga me 3 uur onderdompelen in het oude Egypte - dat vind je tenminste waar de gids zegt dat het ligt ! De tempel van Hathor aldaar is een prachtig bewaard exemplaar, dat maar geen einde kent voorwaar. Na een schitterende eerste zaal met mooi geconserveerde, kleurrijke plafondschilderingen - dank aan de vriendelijke restaurateur die me de stellingen liet beklimmen om close-up foto's van het restauratiewerk te nemen ! - zoek ik mijn weg door een hele rij kamers, trappen en gangen, van het dak tot de ondergrondse tunnels bedekt in hierogliefen en reliefs.
De treintabellen laten me niet toe nog wat verder te reizen voor een bezoek aan Abydos, dus terug in Luxor verdrijf ik de tijd met het herlezen van de Eenzame Planeet over het Suez-kanaal en Alexandrie, eindelijk wat foto's online zetten en praten met de dakterras-uitbater in de hostel - die me de gratis zonsondergang-thee serveert, zelfs nadat ik deze ochtend heb uitgecheckt.
Na Qena heen en terug met goedkope locale treinen te hebben afgelegd, ben ik voor de reis naar Cairo niet van plan toe te geven aan het spelletje dat de spoorweg-authoriteiten telkens weer met ons proberen te spelen. De redelijk geprijsde 2de klas-tickets worden enkel aan Egyptenaren verkocht, terwijl de toeristen het 4-voudige mogen ophoesten voor een 1ste klas-zetel. Wanneer je dan - uitgave-bewust - een goedkoper ticket probeert te bemachtigen, krijg je arrogant te horen dat er maar 1 trein is, met enkel 1ste klas.
Intussen weet ik dat er een andere trein is en dus spring ik gewoon aan boord van deze, waar ik zowat de enige toerist ben - hun spelletje lijkt te werken ... Ticket aan boord kopen, plaats vinden, plaats verliezen omdat iemand die stoel gereserveerd heeft, 2de klas helemaal vol ... en zo toch de nacht in 1ste klas doorbrengen maar er niet voor betalen. Heerlijk toch ?
Na vergeefse pogingen te hebben ondernomen in Aswan en Luxor, zet ik mijn zoektocht naar een gelekoorts-vaccin verder in Qena, als tussenstop naar de Tempel van Hathor in Dendara.
Een fietser ziet me even zoeken wanneer ik het treinstation uitstap - probeer maar eens iets te vinden wanneer je maar een half adres hebt, geen degelijke kaart en straatnaambordjes slechts spaarzaam aangebracht zijn - en biedt zijn hulp aan. Hij is duidelijk op weg naar school, maar besluit gewoon af te stappen en mij de weg te tonen ... of beter, samen met mij de weg te zoeken. We geraken er uiteindelijk, vinden zelfs de verantwoordelijk, maar guess what ? Weer geen vaccin natuurlijk. Maar ze zouden het wel in Aswan en Luxor hebben ...
Ik laat het niet al te veel aan mijn hart komen en ga me 3 uur onderdompelen in het oude Egypte - dat vind je tenminste waar de gids zegt dat het ligt ! De tempel van Hathor aldaar is een prachtig bewaard exemplaar, dat maar geen einde kent voorwaar. Na een schitterende eerste zaal met mooi geconserveerde, kleurrijke plafondschilderingen - dank aan de vriendelijke restaurateur die me de stellingen liet beklimmen om close-up foto's van het restauratiewerk te nemen ! - zoek ik mijn weg door een hele rij kamers, trappen en gangen, van het dak tot de ondergrondse tunnels bedekt in hierogliefen en reliefs.
De treintabellen laten me niet toe nog wat verder te reizen voor een bezoek aan Abydos, dus terug in Luxor verdrijf ik de tijd met het herlezen van de Eenzame Planeet over het Suez-kanaal en Alexandrie, eindelijk wat foto's online zetten en praten met de dakterras-uitbater in de hostel - die me de gratis zonsondergang-thee serveert, zelfs nadat ik deze ochtend heb uitgecheckt.
Na Qena heen en terug met goedkope locale treinen te hebben afgelegd, ben ik voor de reis naar Cairo niet van plan toe te geven aan het spelletje dat de spoorweg-authoriteiten telkens weer met ons proberen te spelen. De redelijk geprijsde 2de klas-tickets worden enkel aan Egyptenaren verkocht, terwijl de toeristen het 4-voudige mogen ophoesten voor een 1ste klas-zetel. Wanneer je dan - uitgave-bewust - een goedkoper ticket probeert te bemachtigen, krijg je arrogant te horen dat er maar 1 trein is, met enkel 1ste klas.
Intussen weet ik dat er een andere trein is en dus spring ik gewoon aan boord van deze, waar ik zowat de enige toerist ben - hun spelletje lijkt te werken ... Ticket aan boord kopen, plaats vinden, plaats verliezen omdat iemand die stoel gereserveerd heeft, 2de klas helemaal vol ... en zo toch de nacht in 1ste klas doorbrengen maar er niet voor betalen. Heerlijk toch ?
dinsdag 24 maart 2009
Encounters with Luxorian locals
Dag 23, 24-03-2009 - Sire, er zijn nog oprechte Egyptenaren.
Het had uit de mond - of beter, pen - van wijlen Claus kunnen komen na een bezoek aan dit Noord-Afrikaanse doch eerder Midden-Oostelijke land, maar het is de perfecte slagzin voor deze dag in Luxor.
Over een week vlieg ik naar Ethiopie, dus na mijn was te hebben gedaan (een van de vloeken van de langetermijn-reiziger), start ik de (namid)dag met een bezoekje aan het Luxor International Hospital, op zoek naar een gelekoorts-vaccin. Een kortstondig moment van euforische blijdschap - "Yes we have" - wordt genadeloos hard de grond ingeboord wanneer blijkt dat het vaccin toch niet voorradig is ... de lieve dame had verstaan dat ik een fax wou versturen !
Een dokter wordt erbij geroepen en voor ik het weet, staat hij een hele rij telefoontjes af te werken om uit te vissen waar mijn vaccin zich schuilhoudt. Ten slotte weet hij me te vertellen dat de snoodaard niet te vinden is in Luxor, omdat gele koorts hier geen endemische ziekte is - was ik nu ook wel al achter gekomen - maar 60 kilometer naar het noorden zou het Health Office in Qena het wel hebben. Wil het toeval nu net dat ik morgen toch al die richting uit wou om Dendara te bezoeken !
Sjoekran ya-duktur Karim !
10 minuutjes later stap ik met mijn fiets op de ferry naar de Westoever, na enkele motorboot-kapiteins te hebben moeten afslaan die me verzekerden - of dat toch probeerden - dat ik de fiets niet aan boord zou kunnen nemen en dus maar beter 10 keer zoveel betaalde om met hun bootje over te steken. Zoals op voorhand geinformeerd, is dit uiteraard wel mogelijk - dit, lieve NMBS, zonder enige toeslag ! - en eenmaal aan de overkant peddel ik gezapig naar de tempel van Medinat Habu.

Vandaar trek ik verder naar het Ramesseum, de begrafenistempel van Ramses II. Door zijn symptomatische, van slechte smaak getuigende keuze voor goedkope bouwmaterialen staat ook van dit monument nog maar weinig overeind ... maar dat is juist waar het bekend voor geworden is: de omgevallen kolos van Ramses.

Na sluitingstijd word ik door een groepje jongeren uitgenodigd voor een partijtje stofvoetbal op het aardeveldje pal tegen de Eerste Pyloon van de tempel. We trappen er lustig op los tegen de ondergaande zon, omringd door eindeloze suikerriet-velden en millenia-oude ruines ... wat me een wasbeurt voor mijn broek zal kosten vanavond !
Tegen zonsondergang ga ik op zoek naar een geschikte plek voor een mooie foto - en vind die op het dak van een van de nabijgelegen modderbakstenen huisjes, compleet met zachte Arabische muziek op de achtergrond en een glas warme thee - niet te heet gedronken, de recente resultaten van Iraanse geleerden inzake het verhoogde risico op keelkanker indachtig zijnde. Schitterend uitzicht over de groene velden, de restanten van de tempel en de Thebaanse bergen !

Op de weg terug loop ik even - dat was toch de bedoeling - binnen in een winkel voor waterzuiveringssystemen. Ik wil tabletten, hij raadt een filter aan, dus we raken het niet eens over een aankoop ... maar wel aan de praat en de thee !
Het had uit de mond - of beter, pen - van wijlen Claus kunnen komen na een bezoek aan dit Noord-Afrikaanse doch eerder Midden-Oostelijke land, maar het is de perfecte slagzin voor deze dag in Luxor.
Over een week vlieg ik naar Ethiopie, dus na mijn was te hebben gedaan (een van de vloeken van de langetermijn-reiziger), start ik de (namid)dag met een bezoekje aan het Luxor International Hospital, op zoek naar een gelekoorts-vaccin. Een kortstondig moment van euforische blijdschap - "Yes we have" - wordt genadeloos hard de grond ingeboord wanneer blijkt dat het vaccin toch niet voorradig is ... de lieve dame had verstaan dat ik een fax wou versturen !
Een dokter wordt erbij geroepen en voor ik het weet, staat hij een hele rij telefoontjes af te werken om uit te vissen waar mijn vaccin zich schuilhoudt. Ten slotte weet hij me te vertellen dat de snoodaard niet te vinden is in Luxor, omdat gele koorts hier geen endemische ziekte is - was ik nu ook wel al achter gekomen - maar 60 kilometer naar het noorden zou het Health Office in Qena het wel hebben. Wil het toeval nu net dat ik morgen toch al die richting uit wou om Dendara te bezoeken !
Sjoekran ya-duktur Karim !
10 minuutjes later stap ik met mijn fiets op de ferry naar de Westoever, na enkele motorboot-kapiteins te hebben moeten afslaan die me verzekerden - of dat toch probeerden - dat ik de fiets niet aan boord zou kunnen nemen en dus maar beter 10 keer zoveel betaalde om met hun bootje over te steken. Zoals op voorhand geinformeerd, is dit uiteraard wel mogelijk - dit, lieve NMBS, zonder enige toeslag ! - en eenmaal aan de overkant peddel ik gezapig naar de tempel van Medinat Habu.
Vandaar trek ik verder naar het Ramesseum, de begrafenistempel van Ramses II. Door zijn symptomatische, van slechte smaak getuigende keuze voor goedkope bouwmaterialen staat ook van dit monument nog maar weinig overeind ... maar dat is juist waar het bekend voor geworden is: de omgevallen kolos van Ramses.
Na sluitingstijd word ik door een groepje jongeren uitgenodigd voor een partijtje stofvoetbal op het aardeveldje pal tegen de Eerste Pyloon van de tempel. We trappen er lustig op los tegen de ondergaande zon, omringd door eindeloze suikerriet-velden en millenia-oude ruines ... wat me een wasbeurt voor mijn broek zal kosten vanavond !
Tegen zonsondergang ga ik op zoek naar een geschikte plek voor een mooie foto - en vind die op het dak van een van de nabijgelegen modderbakstenen huisjes, compleet met zachte Arabische muziek op de achtergrond en een glas warme thee - niet te heet gedronken, de recente resultaten van Iraanse geleerden inzake het verhoogde risico op keelkanker indachtig zijnde. Schitterend uitzicht over de groene velden, de restanten van de tempel en de Thebaanse bergen !
Op de weg terug loop ik even - dat was toch de bedoeling - binnen in een winkel voor waterzuiveringssystemen. Ik wil tabletten, hij raadt een filter aan, dus we raken het niet eens over een aankoop ... maar wel aan de praat en de thee !
woensdag 4 maart 2009
Nocturnal mountaineering
Dag 2/3, 04-03-2009 – Beklim eens een berg in het donker
Eindelijk nachtrust ! Na 40 uur in het getouw te zijn, is de tijd gekomen om het stil te leggen.
Deze dubbele dag begon zoals gisteren aangekondigd met een duik in het hotelzwembad, gevolgd door een aanval op het ontbijtbuffet, waar een chef omeletjes en pannenkoeken op aanvraag maakt. In tussentijd had iemand de busmaatschappij gebeld om hen te vragen een extra halte in de reisroute in te bouwen: smack tegenover het hotel. Zo hoef ik niet terug naar de grensovergang en kan ik permanent de entry fee ontlopen.
Twee uur later stap ik de Penguin Village in Dahab binnen. Een extra nacht (ik zou hier pas vandaag aankomen) is snel geregeld en na mijn baggage te hebben gedropt, ga ik op zoek naar een internetcafe. De overnachting is nog sneller weer gecancelled wanneer ik along the way Wei (Singaporese, ontmoet met broertje in Petra en op een reis rond de halve wereld) in een beach bar zie zitten: van het een komt het ander en ik besluit hen te vervoegen op de eerstkomende nachtelijke beklimming van de Sinai-berg, na eerst te genieten van fried calamari.
Na het obligate glas thee en een rit van 2 uur de Sinai-woestijn in, bereiken we de voet van de gelijknamige berg. Wat extra kleren aantrekken, de grote Jordaanse kuffiyeh in Bedoein-fashion om het hoofd en met een groepje van een 14-tal mensen vatten we de tocht naar boven aan – het is 1u30 ‘s nachts.
Met de stralen van de halvemaan om ons pad bij te lichten werken we ons gestaag een weg naar boven. Op geregeld intervallen wordt halt gehouden om de innerlijke mens te versterken en de complete stilte op de berg te ervaren – afgezien van de sporadische doch nimmer beantwoorde vraag “Camel, sir ?” en de knarsende wieltjes van een 5 liter-fles water in een trolley die de Flying Dutchman mee naar boven poogt te sleuren.
Bijna 3 uur hogerop scheiden nog slechts 750 besneeuwde treden ons van de top. We overbruggen deze laatste hindernis, bekomen een halfuurtje in de resthouse net onder het eindpunt en begeven ons dan weer naar buiten om de allereerste glimpen van de opgaande zon op te vangen – en ons hopelijk een beetje te kunnen ontdooien met haar warmte.
Een dichte wolkenband ligt lui op de horizon, zich loom rond de enkele uitstekende toppen krullend. Langzaam kleurt die deken bloedrood, tergend geleidelijk overgaand in oranje, geel, en blauw naarmate men hoger kijkt. De zon zelf laat bijna ergerlijk lang op zich wachten, maar breekt dan uiteindelijk toch door: een vurige oranje bal steekt – eerst aarzelend en dan met steeds meer zelfvertrouwen – haar kop boven de wolkenlaag uit en doet de hele bergtop in een warme gloed baden. Felle stralen boren zich door de lichte mist die zich boven de vallei heeft ontwikkeld en doen ons huiveren van plezier na deze lange, koude nacht.
Eenmaal de zon volledig vantussen de wolken is gekropen, verleggen we onze aandacht naar de mensen rondom ons. Vanuit het niets is een groep Nigeriaanse pelgrims opgedoken die, in vervoering gebracht door de gewijde geschiedenis van deze plek en de wondermooie zonsopgang, in bidden uitbarsten. Geknield en gebogen over de rotsreling, gehurkt tegen een muurtje of rechtopstaand en met wijde bewegingen de vallei omarmend, danken ze hun Schepper voor zijn goedheid jegens Nigeria, de kracht die hen heeft toegelaten de top te hebben bereikt, de vele prachtige mensen die ze op hun tocht ontmoet hebben en ga zo maar door. Een fascinerende streling voor het oog en oor om te zien hoe deze mensen vol overgave opgaan in hun geloof.
Eindelijk nachtrust ! Na 40 uur in het getouw te zijn, is de tijd gekomen om het stil te leggen.
Deze dubbele dag begon zoals gisteren aangekondigd met een duik in het hotelzwembad, gevolgd door een aanval op het ontbijtbuffet, waar een chef omeletjes en pannenkoeken op aanvraag maakt. In tussentijd had iemand de busmaatschappij gebeld om hen te vragen een extra halte in de reisroute in te bouwen: smack tegenover het hotel. Zo hoef ik niet terug naar de grensovergang en kan ik permanent de entry fee ontlopen.
Twee uur later stap ik de Penguin Village in Dahab binnen. Een extra nacht (ik zou hier pas vandaag aankomen) is snel geregeld en na mijn baggage te hebben gedropt, ga ik op zoek naar een internetcafe. De overnachting is nog sneller weer gecancelled wanneer ik along the way Wei (Singaporese, ontmoet met broertje in Petra en op een reis rond de halve wereld) in een beach bar zie zitten: van het een komt het ander en ik besluit hen te vervoegen op de eerstkomende nachtelijke beklimming van de Sinai-berg, na eerst te genieten van fried calamari.
Na het obligate glas thee en een rit van 2 uur de Sinai-woestijn in, bereiken we de voet van de gelijknamige berg. Wat extra kleren aantrekken, de grote Jordaanse kuffiyeh in Bedoein-fashion om het hoofd en met een groepje van een 14-tal mensen vatten we de tocht naar boven aan – het is 1u30 ‘s nachts.
Met de stralen van de halvemaan om ons pad bij te lichten werken we ons gestaag een weg naar boven. Op geregeld intervallen wordt halt gehouden om de innerlijke mens te versterken en de complete stilte op de berg te ervaren – afgezien van de sporadische doch nimmer beantwoorde vraag “Camel, sir ?” en de knarsende wieltjes van een 5 liter-fles water in een trolley die de Flying Dutchman mee naar boven poogt te sleuren.
Bijna 3 uur hogerop scheiden nog slechts 750 besneeuwde treden ons van de top. We overbruggen deze laatste hindernis, bekomen een halfuurtje in de resthouse net onder het eindpunt en begeven ons dan weer naar buiten om de allereerste glimpen van de opgaande zon op te vangen – en ons hopelijk een beetje te kunnen ontdooien met haar warmte.
Een dichte wolkenband ligt lui op de horizon, zich loom rond de enkele uitstekende toppen krullend. Langzaam kleurt die deken bloedrood, tergend geleidelijk overgaand in oranje, geel, en blauw naarmate men hoger kijkt. De zon zelf laat bijna ergerlijk lang op zich wachten, maar breekt dan uiteindelijk toch door: een vurige oranje bal steekt – eerst aarzelend en dan met steeds meer zelfvertrouwen – haar kop boven de wolkenlaag uit en doet de hele bergtop in een warme gloed baden. Felle stralen boren zich door de lichte mist die zich boven de vallei heeft ontwikkeld en doen ons huiveren van plezier na deze lange, koude nacht.
Eenmaal de zon volledig vantussen de wolken is gekropen, verleggen we onze aandacht naar de mensen rondom ons. Vanuit het niets is een groep Nigeriaanse pelgrims opgedoken die, in vervoering gebracht door de gewijde geschiedenis van deze plek en de wondermooie zonsopgang, in bidden uitbarsten. Geknield en gebogen over de rotsreling, gehurkt tegen een muurtje of rechtopstaand en met wijde bewegingen de vallei omarmend, danken ze hun Schepper voor zijn goedheid jegens Nigeria, de kracht die hen heeft toegelaten de top te hebben bereikt, de vele prachtige mensen die ze op hun tocht ontmoet hebben en ga zo maar door. Een fascinerende streling voor het oog en oor om te zien hoe deze mensen vol overgave opgaan in hun geloof.
maandag 2 maart 2009
Next stop: Egypt
Dag 1, 02-03-2009 - Entry into Egypt
HAMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMM !
Na meer dan 3 maanden tussen de Joden en moslims te hebben geleefd en te moeten vaststellen dat velen zich zelfs niets kunnen voorstellen bij het woord "varken" (in het Engels of Arabisch dan natuurlijk, wijsneus), heb ik zojuist de heerlijke sensatie beleefd van een stukje ham dat zachtjes wegsmelt op je tong, die particuliere mild zoute smaak achterlatend...
"Wat te fuk" zal de aandachtige lezer zich afvragen; "ging die lijntrekker niet naar Egypte ?" "En is dat dan geen moslimland meer ?" Een woordje uitleg is hier misschien op zijn plaats...
Deze ochtend, na een date op het strand en een bezoekje aan de Egyptische ambassade waar mij de spoedprocedure ontzegd werd - dus eerder deze middag - heb ik Tel Aviv en Israel verlaten, op weg naar Egypte. Na even zoeken en proberen toch aan Egyptische ponden geraakt en met vernieuwde bagage de bus opgestapt. Onderwg 2 North Dakotanen ontmoet die 2 jaar ontwikkelingsweerk gaan verrichten in Uganda - Jeremy & Tamara, misschien kom ik ze er nog wel tegen...
Opnieuw zonder ook maar 1 vraag het land uitgewandeld (en opnieuw die vreselijke exit fee betalend) en fluitend Egypte binnengetrokken. Terwijl mijn handbagage werd doorsnuffeld, wou een snuggere douanier eens checken of ik wel degelijk fotografie had onderricht in Nablus en vroeg hij me om richtlijnen om een goeie foto van zijn collega te nemen. Ik slaagde blijkbaar voor de test, want mijn grote rugzak mocht ongeopend binnen. Volgende stap: een visa voor heel Egypte geregeld krijgen. Normaal dien je dat op voorhand te doen, maar toen ik daar achterkwam, was het al te laat om mijn reisplannen te wijzigen (en daarenboven zei het mij niet veel extra tijd door te brengen in Tel Aviv of Eilat, wachtend op het tikken van de bureaucratische raderen). Mijn situatie aan de Immigratie-officier uitgelegd, hem een tour-operator laten bellen voor een aanbevelingsbrief en 15 minuten later was ik in het bezit van mijn all Egypt-visum.
Tijd om richting Paradise-camp te trekken, mij aangeraden door een vrijwilligster bij Project Hope. Het zijn echter rustige tijden hier in de Sinai, waardoor een wachttijd voor de bus zich aan mij opdringt: wachten op 13 mede-passagiers op een moment dat er alleen pre-packaged tourists langskomen en dan E£50 betalen (vraagprijs uiteraard, maar mijn afding-positie is hier vrij slecht) of direct vertrekken en het dubbele betalen...
Alvorens bij gebrek aan alternatief (of het zou een nachtje Hilton moeten zij !) toe te geven, begeef ik mij toch even naar de tourist police. Kwetie van de chauffeur te tonen dat ik mij niet zomaar laat afzetten, maar vooral in de hoop er iemand te vinden met een voldoende kennis van het Engels die me kan helpen aan informatie over de bus voor morgen. Tegenslag opnieuw: Taba - St. Katherine rijdt niet en Nuweiba/Dahab - St. Katherine zijn afgeschaft wegens geen volk om de Sinai in te trekken, het weer zou er te slecht zijn. Komt daar bovenop nog dat ik morgen terug zou moeten komen omdat de bus naar Dahab vanaan de grens vertrekt ... je ziet de teller al lopen ! E£100 heen, E£30 overnachting en weer E£100 terug: E£230 voor een nachtje in een low key beach camp, er zijn grenzen - zelfs met E£7 per euro.
Intussen zit ik thee te drinken met de Generaal van de politie in de Taba-regio en die stelt me voor een hotel te boeken in de buurt. Na even onderhandelen bekomt hij een korting van 50% voor mij: $38 of E£220 voor een 2-persoonskamer inclusief avondeten, ontbijt en shuttle naar het busstation indien gewenst. Mij oppikken aan het commissariaat doen ze net niet, maar ik kan gerust met de Generaal meerijden aangezien hij daar ook verblijft.
Onderweg stoppen we een aantal keer om de dagrapporteren door te nemen en af te tekenen en toont hij mij de controle-post waar elke toerist de entry fee van E£63 dient te betalen ... met elke toerist, maar niet met deze tist: als passagier van de Generaal word ik daar uiteraard van vrijgesteld. Een aangename financiele opsteker op deze anders wel peperdure dag: 70 NIS voor de bus naar Eilat, 35 NIS voor de taxi naar de grens, 95 NIS voor de Israelische 'rot op-premie', E£280 voor mijn visum en E£220 voor de overnachting ... alles samen zo'n 110 euro.
En zo komt het dat ik net voor het eerst in 3 maanden mijn tanden in een stukje ham heb gezet. Na heel de dag bijna niets te hebben gegeten, ben ik nu eens serieus misbruik aan het maken van hun buffet ... maar dat zwem ik er morgen wel weer af in het buitenzwembad, na een verkwikkende nachtrust en net voor het ontbijtbuffet.
Daarna gaat het de budget-tour op voor 4 tot 5 weken, maar dit kan tellen als stevige start in Egypte !
HAMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMMM !
Na meer dan 3 maanden tussen de Joden en moslims te hebben geleefd en te moeten vaststellen dat velen zich zelfs niets kunnen voorstellen bij het woord "varken" (in het Engels of Arabisch dan natuurlijk, wijsneus), heb ik zojuist de heerlijke sensatie beleefd van een stukje ham dat zachtjes wegsmelt op je tong, die particuliere mild zoute smaak achterlatend...
"Wat te fuk" zal de aandachtige lezer zich afvragen; "ging die lijntrekker niet naar Egypte ?" "En is dat dan geen moslimland meer ?" Een woordje uitleg is hier misschien op zijn plaats...
Deze ochtend, na een date op het strand en een bezoekje aan de Egyptische ambassade waar mij de spoedprocedure ontzegd werd - dus eerder deze middag - heb ik Tel Aviv en Israel verlaten, op weg naar Egypte. Na even zoeken en proberen toch aan Egyptische ponden geraakt en met vernieuwde bagage de bus opgestapt. Onderwg 2 North Dakotanen ontmoet die 2 jaar ontwikkelingsweerk gaan verrichten in Uganda - Jeremy & Tamara, misschien kom ik ze er nog wel tegen...
Opnieuw zonder ook maar 1 vraag het land uitgewandeld (en opnieuw die vreselijke exit fee betalend) en fluitend Egypte binnengetrokken. Terwijl mijn handbagage werd doorsnuffeld, wou een snuggere douanier eens checken of ik wel degelijk fotografie had onderricht in Nablus en vroeg hij me om richtlijnen om een goeie foto van zijn collega te nemen. Ik slaagde blijkbaar voor de test, want mijn grote rugzak mocht ongeopend binnen. Volgende stap: een visa voor heel Egypte geregeld krijgen. Normaal dien je dat op voorhand te doen, maar toen ik daar achterkwam, was het al te laat om mijn reisplannen te wijzigen (en daarenboven zei het mij niet veel extra tijd door te brengen in Tel Aviv of Eilat, wachtend op het tikken van de bureaucratische raderen). Mijn situatie aan de Immigratie-officier uitgelegd, hem een tour-operator laten bellen voor een aanbevelingsbrief en 15 minuten later was ik in het bezit van mijn all Egypt-visum.
Tijd om richting Paradise-camp te trekken, mij aangeraden door een vrijwilligster bij Project Hope. Het zijn echter rustige tijden hier in de Sinai, waardoor een wachttijd voor de bus zich aan mij opdringt: wachten op 13 mede-passagiers op een moment dat er alleen pre-packaged tourists langskomen en dan E£50 betalen (vraagprijs uiteraard, maar mijn afding-positie is hier vrij slecht) of direct vertrekken en het dubbele betalen...
Alvorens bij gebrek aan alternatief (of het zou een nachtje Hilton moeten zij !) toe te geven, begeef ik mij toch even naar de tourist police. Kwetie van de chauffeur te tonen dat ik mij niet zomaar laat afzetten, maar vooral in de hoop er iemand te vinden met een voldoende kennis van het Engels die me kan helpen aan informatie over de bus voor morgen. Tegenslag opnieuw: Taba - St. Katherine rijdt niet en Nuweiba/Dahab - St. Katherine zijn afgeschaft wegens geen volk om de Sinai in te trekken, het weer zou er te slecht zijn. Komt daar bovenop nog dat ik morgen terug zou moeten komen omdat de bus naar Dahab vanaan de grens vertrekt ... je ziet de teller al lopen ! E£100 heen, E£30 overnachting en weer E£100 terug: E£230 voor een nachtje in een low key beach camp, er zijn grenzen - zelfs met E£7 per euro.
Intussen zit ik thee te drinken met de Generaal van de politie in de Taba-regio en die stelt me voor een hotel te boeken in de buurt. Na even onderhandelen bekomt hij een korting van 50% voor mij: $38 of E£220 voor een 2-persoonskamer inclusief avondeten, ontbijt en shuttle naar het busstation indien gewenst. Mij oppikken aan het commissariaat doen ze net niet, maar ik kan gerust met de Generaal meerijden aangezien hij daar ook verblijft.
Onderweg stoppen we een aantal keer om de dagrapporteren door te nemen en af te tekenen en toont hij mij de controle-post waar elke toerist de entry fee van E£63 dient te betalen ... met elke toerist, maar niet met deze tist: als passagier van de Generaal word ik daar uiteraard van vrijgesteld. Een aangename financiele opsteker op deze anders wel peperdure dag: 70 NIS voor de bus naar Eilat, 35 NIS voor de taxi naar de grens, 95 NIS voor de Israelische 'rot op-premie', E£280 voor mijn visum en E£220 voor de overnachting ... alles samen zo'n 110 euro.
En zo komt het dat ik net voor het eerst in 3 maanden mijn tanden in een stukje ham heb gezet. Na heel de dag bijna niets te hebben gegeten, ben ik nu eens serieus misbruik aan het maken van hun buffet ... maar dat zwem ik er morgen wel weer af in het buitenzwembad, na een verkwikkende nachtrust en net voor het ontbijtbuffet.
Daarna gaat het de budget-tour op voor 4 tot 5 weken, maar dit kan tellen als stevige start in Egypte !
zondag 1 maart 2009
Message to my brother
01-03-2009, 's avonds laat
Voila, het is voorbij ... broertje zit momenteel op het vliegtuig terug naar huis en ik zit in Tel Aviv, in transit naar Egypte.
Enkele weken geleen kwam de kleine met het idee zijn krokusvakantie hier te komen versmijten. Fijn, zult u denken, maar het was meer dan fijn ! Het weer was 1 dag op 2 tegendraads, Bethlehem en Caesarea (ja, opnieuw !) vielen in het water en wij dan weer niet, maar voor de rest was onze eerste reis samen een groot succes. We gingen (terug) naar Petra, kamden de gehele oude stad van Jeruzalem uit, schuilden voor de regen in Nablus, gingen de religieuse tour op in Nazareth en werkten voor school bij het graf van Yasser Arafat in Ramallah.
Tijdens al dit kwam het niet 1 keer tot woorden, twist, onenigheid of handgemeen ... zelfs de 'broquet op u oog' die we elkaar op de luchthaven hadden beloofd, werd op het laatste moment omgezet in een knuffel.
Over 1 week vertoef ik opnieuw in aangenaam familiegezelschap met mijn neef, maar vanavond zeg ik (en ik weet, het heeft lang geduurd): "Ik zal je missen, broer."
Voila, het is voorbij ... broertje zit momenteel op het vliegtuig terug naar huis en ik zit in Tel Aviv, in transit naar Egypte.
Enkele weken geleen kwam de kleine met het idee zijn krokusvakantie hier te komen versmijten. Fijn, zult u denken, maar het was meer dan fijn ! Het weer was 1 dag op 2 tegendraads, Bethlehem en Caesarea (ja, opnieuw !) vielen in het water en wij dan weer niet, maar voor de rest was onze eerste reis samen een groot succes. We gingen (terug) naar Petra, kamden de gehele oude stad van Jeruzalem uit, schuilden voor de regen in Nablus, gingen de religieuse tour op in Nazareth en werkten voor school bij het graf van Yasser Arafat in Ramallah.
Tijdens al dit kwam het niet 1 keer tot woorden, twist, onenigheid of handgemeen ... zelfs de 'broquet op u oog' die we elkaar op de luchthaven hadden beloofd, werd op het laatste moment omgezet in een knuffel.
Over 1 week vertoef ik opnieuw in aangenaam familiegezelschap met mijn neef, maar vanavond zeg ik (en ik weet, het heeft lang geduurd): "Ik zal je missen, broer."
Abonneren op:
Reacties (Atom)
