Dag 2/3, 04-03-2009 – Beklim eens een berg in het donker
Eindelijk nachtrust ! Na 40 uur in het getouw te zijn, is de tijd gekomen om het stil te leggen.
Deze dubbele dag begon zoals gisteren aangekondigd met een duik in het hotelzwembad, gevolgd door een aanval op het ontbijtbuffet, waar een chef omeletjes en pannenkoeken op aanvraag maakt. In tussentijd had iemand de busmaatschappij gebeld om hen te vragen een extra halte in de reisroute in te bouwen: smack tegenover het hotel. Zo hoef ik niet terug naar de grensovergang en kan ik permanent de entry fee ontlopen.
Twee uur later stap ik de Penguin Village in Dahab binnen. Een extra nacht (ik zou hier pas vandaag aankomen) is snel geregeld en na mijn baggage te hebben gedropt, ga ik op zoek naar een internetcafe. De overnachting is nog sneller weer gecancelled wanneer ik along the way Wei (Singaporese, ontmoet met broertje in Petra en op een reis rond de halve wereld) in een beach bar zie zitten: van het een komt het ander en ik besluit hen te vervoegen op de eerstkomende nachtelijke beklimming van de Sinai-berg, na eerst te genieten van fried calamari.
Na het obligate glas thee en een rit van 2 uur de Sinai-woestijn in, bereiken we de voet van de gelijknamige berg. Wat extra kleren aantrekken, de grote Jordaanse kuffiyeh in Bedoein-fashion om het hoofd en met een groepje van een 14-tal mensen vatten we de tocht naar boven aan – het is 1u30 ‘s nachts.
Met de stralen van de halvemaan om ons pad bij te lichten werken we ons gestaag een weg naar boven. Op geregeld intervallen wordt halt gehouden om de innerlijke mens te versterken en de complete stilte op de berg te ervaren – afgezien van de sporadische doch nimmer beantwoorde vraag “Camel, sir ?” en de knarsende wieltjes van een 5 liter-fles water in een trolley die de Flying Dutchman mee naar boven poogt te sleuren.
Bijna 3 uur hogerop scheiden nog slechts 750 besneeuwde treden ons van de top. We overbruggen deze laatste hindernis, bekomen een halfuurtje in de resthouse net onder het eindpunt en begeven ons dan weer naar buiten om de allereerste glimpen van de opgaande zon op te vangen – en ons hopelijk een beetje te kunnen ontdooien met haar warmte.
Een dichte wolkenband ligt lui op de horizon, zich loom rond de enkele uitstekende toppen krullend. Langzaam kleurt die deken bloedrood, tergend geleidelijk overgaand in oranje, geel, en blauw naarmate men hoger kijkt. De zon zelf laat bijna ergerlijk lang op zich wachten, maar breekt dan uiteindelijk toch door: een vurige oranje bal steekt – eerst aarzelend en dan met steeds meer zelfvertrouwen – haar kop boven de wolkenlaag uit en doet de hele bergtop in een warme gloed baden. Felle stralen boren zich door de lichte mist die zich boven de vallei heeft ontwikkeld en doen ons huiveren van plezier na deze lange, koude nacht.
Eenmaal de zon volledig vantussen de wolken is gekropen, verleggen we onze aandacht naar de mensen rondom ons. Vanuit het niets is een groep Nigeriaanse pelgrims opgedoken die, in vervoering gebracht door de gewijde geschiedenis van deze plek en de wondermooie zonsopgang, in bidden uitbarsten. Geknield en gebogen over de rotsreling, gehurkt tegen een muurtje of rechtopstaand en met wijde bewegingen de vallei omarmend, danken ze hun Schepper voor zijn goedheid jegens Nigeria, de kracht die hen heeft toegelaten de top te hebben bereikt, de vele prachtige mensen die ze op hun tocht ontmoet hebben en ga zo maar door. Een fascinerende streling voor het oog en oor om te zien hoe deze mensen vol overgave opgaan in hun geloof.
woensdag 4 maart 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)

1 opmerking:
Je viens de lire, seule à la terrasse à Burj Dubai, ton article et je ressens les mêmes frictions sur mon dos que tu as décris. Nous ne sommes que des petits êtres humains dans l'immense nature, c'est bien - par ton article - de s'en rendre compte encore une fois. Félicitations à ces Nigériens qui le savent. Pauvres occidentaux qui sont plus occupés par leur crise financière et qui ne voient plus la beauté de la vie, descendez de votre sommet artificiel.
Een reactie posten