zondag 22 februari 2009

Where are the brothers (Dag 3 - 4)

Tekst: Benoît

Foto's (komen eraan): Munir


Dag 3, 21-02-2009 - Regen en Ramallah


Ontmoedigd door het levendige gekletter van regen en hagel op de ramen stonden we pas rond 9.30 uur op en na het gebruikelijke ochtendritueel (douchen, aankleden en eten) gooiden we onze bagage open om ons zo te beperken tot een grote en een kleine rugzak. De minder noodzakelijke dingen lieten we achter bij onze Palestijnse vriendin van de vorige avond.

Het plan om Betlehem te bezoeken om daarna naar Nablus te gaan met een tussenstop in Ramallah viel echter letterlijk in het water, sommige straten in Jerusalem stonden door de hevige regenval zelfs lichtjes onder water. We dachten dan maar het goede weer van Petra te gaan opzoeken, maar op shabbath rijden geen bussen in die richting dus besloten we toch maar bij ons eerste gedacht te blijven, maar Betlehem te laten voor wat het was.


Doorweekt stapten we in de bus richting Ramallah, goed voor een uurtje rijden. Onderweg netwerkten we een beetje met enkele Palestijnen die Frans konden – een wat oudere Palestijn demonstreerde met een schattig accent trots al zijn talenkennis – en passeerden we de befaamde scheidingsmuur, beklad met strijdlustige pro-Palestijnse graffiti. Een simpele muur, opgebouwd uit betonplaten die het leven van duizenden mensen verwoest, gevangen in hun eigen land, die bovendien voor haast elke beweging de willekeur van de Israeli’s moeten trotseren aan de checkpoints.

Opgekikkerd door een straaltje zon vertrokken we vol goede moed naar het graf van Yasser Arafat, net buiten Ramallah, maar onderweg begon het regenen alweer. Na tien minuten wandelen kwamen we aan bij het sobere grafgebouw van Yassie Theedoek bewaakt door twee soldaten in uniform. Op de terugweg naar het busstation legde mijn broer nog enkele graffities vast met zijn fototoestel.


Vrij vlot vonden we de juiste bus, die vrijwel onmiddelijk de trip naar Nablus aanvatte. Een uur later kwamen we reeds aan en na onze bagage afgezet te hebben in mijn broers voorlopige thuisbasis, gingen we op zoek naar hummus en brood want de maag deed al een tijdje knorrig. Het intense regenen hield ons enige tijd binnen, de ideale gelegenheid om eventjes van het gratis internet te profiteren.

Tussen twee regenvlagen door probeerden we dan toch tot in Project Hope te geraken, waar Mathieu vroeger les gaf, om de internationals eens op te zoeken. Onderweg kochten we wat groenten bij mijn broers vaste kraampjes en een van hen was zo blij eens ‘Matthews brother’ te zien dat hij ons van alles meegaf, uiteraard gratis.

Bij Project Hope kreeg ik van allen voor de zoveelste keer te horen `Are you like twins or what ?`, waarna mijn identieke tweelingbroer aan het koken sloeg, want we hadden alweer honger gekregen. Na een lekkere spaghetti en wat gebabbel met de vrijwilligers vertrokken samen met Sam en Ed naar de hammam. Een uur en half later en een stuk properder dronken we er nog een theetje om dan afscheid te nemen en huiswaarts te keren.


Dag 4, 22-02-2009 - Nablus


Isolatie is een onbekend begrip in Palestina en wanneer het raam dan nog eens slecht sluit kan het ijzig koud worden. Na de hitte van de hammam werd het een nachtje rillen en wanneer ik dan eindelijk goed lag te slapen wekte de oproep tot gebed mij rond een uur of zes ‘s morgens.

Na een portie cornflakes en nog steeds met het deprimerende getokkel van stortregen op de ruiten besloten we toch buiten te komen. We bezochten Jacob's Well, de put waar een Samaritaanse vrouw Jezus water gaf. Deze waterput is tegenwoordig onder een prachtige Grieks-Orthodoxe kerk met een prachtig, haast Arabisch uiterlijk gelegen.

Een tussenstop in Project Hope om wat meer duidelijkheid te hebben over de begeleide tour in het oude stadsgedeelte, die uiteindelijk niet zou doorgaan door het slechte weer, leidde ons naar het dorp van de Samaritanen. Deze door de Joodse gemeenschap niet erkende Joden leven sinds de Tweede Intifada afgesloten op een berg; Palestijnen mogen er zelf niet binnen tenzij op uitnodiging. Door de onophoudelijke regen wandelden we een tiental minuutjes naar de ruïnes van een Byzantijns fort achter het dorp. We klauterden richting de toren, waar we zonder al te veel moeite in geraakten, maar het uitzonderlijke uitzicht werd ons ontnomen door de grijze wolken. Terug beneden moesten we nog even in dat hondenweer op onze taxi wachtten.


Na het middageten bestaande uit brood, hummus en thee – ik blijf het heerlijk vinden – besloten we terug naar de internationals van Project Hope te gaan, een kort wandelingetje van een tiental minuutjes. Dat is echter zonder de grenzeloze gastvrijheid gerekend. In het oude stadsgedeelte kwamen we een oude bekende tegen van Mathieu, die ons spontaan uitnodigde om te gaan zitten en wat bij te praten. Meteen werden verschillende mensen opgetrommeld om ons goeiedag te komen zeggen en werd ons wat later ook thee aangeboden. Voorbijgangers bleven een tijdje staan, keken ons verwonderd aan en heetten ons ‘Welcome in Palestine’, enkelen haalden hun beste Engels boven om wat te praten.

Een van hen nodigde ons uit naar zijn huis, waar hij ons thee en kunafeh – een delicieus gebak met kaas en veel suiker – aanbood, alsook proevertjes van enkele andere soorten zoetigheden.


Heel wat later dan voorzien kwamen we dan toch aan in Project Hope waar we eigenlijk besloten om met Sam terug naar onze voorlopige thuisbasis te gaan. We aten een stukje, een groentensaus met opgewarmd/gefrituurd brood – eenvoudig maar lekker – en keken naar Borat, want het weer werd er nog steeds niet echt beter op.

Morgen zullen we echter naar Petra vertrekken, waar we ons aan een stralende zon mogen verwachten en aangename temperaturen rond twintig graden.

1 opmerking:

Poepaatje zei

Where are the brothers ?
They are together !
Isn't that the most beautiful there is ?
As they said "Are you twins ?"
Je suis fier de vous !


Poepaatje